Achterhoofdsbeen

Achterhoofdsbeen
Os occipitale
Bot
overlangse doorsnede van de schedel
 os occipitale dorsaal
Synoniemen
Latijn os occipitis[1][2][3][4]

os occipitii[1]
os basilare[1][5]
os puppis[1][5]
os pyxidis[1][5]
os pyxis[5]
os prorae[1][6][5]
os lambdae[1]
os laude[1]
os nervosum[1][6][5]
os memoriae[1][5]
os pelvio-cephalicum[4] opistocranion[2]
opistocranium[3]
os fibrosum[6]
os sextum cranii[6]

Oudgrieks ἰνίον[1][7]

ὀπισθοκράνιον[1]
κοττίς[1]

Naslagwerken
Gray's Anatomy 31,129
Portaal  Portaalicoon   Biologie

Het achterhoofdsbeen[8][9] of os occipitale[10] is een van de beenderen die deel uitmaken van de schedel. Het bordvormige bot ligt aan de achteronderzijde van de schedel met daarin een groot ovaal gat, het foramen magnum, waardoor de hersenen met het ruggenmerg in verbinding staan.

  • binnenzijde schedelbasis
    binnenzijde schedelbasis
  • bovenzijde schedelbasis ■ os occipitale dorsaal
    bovenzijde schedelbasis
     os occipitale dorsaal
  • doorsnede overlangs door het os occipitale en de eerste drie wervels
    doorsnede overlangs door het os occipitale en de eerste drie wervels
  • spieren die het hoofd met de rug verbinden
    spieren die het hoofd met de rug verbinden
  • bovenzijde van het ruggenmerg
    bovenzijde van het ruggenmerg
 1 voorhoofdsbeen
 2 wandbeen
 3 neusbeen
 4 zeefbeen
 5 traanbeen
 6 wiggenbeen
 7 achterhoofdsbeen
 8 slaapbeen
 9 jukbeen
 10 bovenkaaksbeen
 11 mandibula of onderkaak
Voetnoten
  1. a b c d e f g h i j k l m Schreger, C.H.Th.(1805). Synonymia anatomica. Synonymik der anatomischen Nomenclatur. Fürth: im Bureau für Literatur.
  2. a b Kraus, L.A. (1844). Kritisch-etymologisches medicinisches Lexikon (Dritte Auflage). Göttingen: Verlag der Deuerlich- und Dieterichschen Buchhandlung.
  3. a b Siebenhaar, F.J. (1850). Terminologisches Wörterbuch der medicinischen Wissenschaften. (Zweite Auflage). Leipzig: Arnoldische Buchhandlung.
  4. a b Foster, F.D. (1891-1893). An illustrated medical dictionary. Being a dictionary of the technical terms used by writers on medicine and the collateral sciences, in the Latin, English, French, and German languages. New York: D. Appleton and Company.
  5. a b c d e f g Fonahn, A. (1922). Arabic and Latin anatomical terminology. Chiefly from the Middle Ages. Kristiania: Jacob Dybwad.
  6. a b c d Dunglison, R. (1856). ‘’Medical lexicon. A dictionary of medical science.’’ (13th edition).Philadelphia: Blanchard and Lea.
  7. Liddell, H.G. & Scott, R. (1940). A Greek-English Lexicon. revised and augmented throughout by Sir Henry Stuart Jones. with the assistance of. Roderick McKenzie. Oxford: Clarendon Press.
  8. Raven, C.P. (1959). Anatomische atlas. Ten gebruike bij het onderwijs aan verplegenden en bij de opleiding voor eerste hulp bij ongelukken. Amsterdam: Scheltema & Holkema N.V.
  9. Kloosterhuis, G. (1965). Praktisch verklarend zakwoordenboek der geneeskunde (9de druk). Den Haag: Van Goor Zonen.
  10. Federative Committee on Anatomical Terminology (FCAT) (1998). Terminologia Anatomica. Stuttgart: Thieme
· · Sjabloon bewerken
Schedel

voorhoofdsbeen · wandbeen · slaapbeen · achterhoofdsbeen · wiggenbeen · zeefbeen
jukbeen · bovenkaakbeen · neusbeen · onderkaak · verhemeltebeen · traanbeen · ploegschaarbeen · onderste neusschelp
hamer · aambeeld · stijgbeugel

WikiWoordenboek